Om de zoveel tijd wordt er door hulporganisaties aan de alarmbel getrokken over het aantal straatjongeren in Belgische steden. Dit keer kwam het nieuws uit Brussel, waar ‘tientallen’ kinderen van veelal Noord-Afrikaanse origine op straat leven. Het werkelijke aantal ligt vermoedelijk nog ettelijke malen hoger… De kinderen zijn doorgaans tussen de 9 en 14 jaar, overnachten op straat of in kraakpanden, reizen alleen of in kleine groep als cityhopper Europa rond en blijven vaak bewust uit de structuren van de reguliere hulpverlening. Ze overleven door te bedelen of kleine diefstallen te plegen en kampen niet zelden met een stevige verslavingsproblematiek.

Een Brusselse mobiele school is er op dit moment nog niet, en daarom moet het gezegd dat wij in deze niet rechtstreeks betrokken zijn. We hebben ook geen informatie over individuele gevallen of wat er momenteel reeds met deze jongeren gebeurt. Bovendien beseffen we dat de actoren op het terrein boven op de complexiteit van deze jongeren geconfronteerd worden met de complexiteit van de Brusselse institutionele knoop. Toch leert onze ervaring uit het werk met straatkinderen op vier continenten ons dat we niet vreemd moeten opkijken dat we ook in onze steden kinderen op straat zien. Het feit dat er momenteel 14 Europese mobiele scholen actief zijn in landen als Griekenland, Spanje en Duitsland, is het treffend bewijs van een toenemende nood.

Misschien wel het belangrijkste besef in dit complexe verhaal is dat er geen simpele oplossing is. Wie denkt in te zetten op instant solutions, komt bedrogen uit. Helaas focussen politiek en traditionele hulpverlening vandaag nog te vaak op het zo snel mogelijk verwijderen van deze jongeren uit het straatbeeld. De jongeren worden geplaatst en opgeruimd staat netjes. In heel wat gevallen worden de cityhoppers zo centerhoppers en staan ze door hun totale wantrouwen tegenover volwassenen - vaak gevoed door traumatische ervaringen uit het thuisland – binnen de kortste keren weer op straat. Er volgt dan een tweede, derde en vierde poging, maar veelal met hetzelfde resultaat. Door dit proces van herhaaldelijk falen zakt het vertrouwen en stijgt de frustratie.

De cruciale allereerste stap om deze doelgroep terug dichter bij de samenleving te brengen, wordt helaas vaak vergeten: de humanisering van deze jongeren. Deze jongeren hebben een acute nood aan een vertrouwenspersoon. Hen benaderen met een hulpverlenersagenda vol oplossingen voor hun miserie en problemen werkt niet! Maar als we onszelf en hen vanuit een doorgedreven empathische benadering, vrij van oordeel of agenda de vraag durven stellen waar zij naar op zoek zijn, en wat hun perspectief is, brengt dit ons al een stap dichter bij oprechte verbinding en wederzijds begrip. Door dit proces continu en langdurig te herhalen, ontstaat er een omgeving van vertrouwen, waarin deze gasten oprecht geresponsabiliseerd kunnen worden om hun eigen leven opnieuw in handen te nemen.

De meerderheid van de jongeren zoeken én vinden het gevoel om ergens bij te horen (belonging) op straat. De straat is een vluchtweg, weg van miserie in de familie of in hun thuisland, en dus een in hun ogen beter alternatief voor de uitzichtloze situatie waarin ze zich bevinden. Het feit dat ze op straat uiterst kwetsbaar zijn voor verschillende vormen van uitbuiting en misbruik nemen ze erbij, omdat de vrijheid en identiteit van de straat voor hen als positief aanvoelt. Op straat en binnen de bende zijn ze ten minste iemand. Een zwart-wit visie waarbij de straat slecht en de hulpverlening goed is, zal daarom altijd leiden tot meer afstand, omdat het net hun identiteit afkeurt en opnieuw bevestigt dat zij ‘fout’ en de reguliere structuren ‘goed’ zijn. Het gevolg is meer polarisatie en minder verbinding …

Onze aanpak focust heel bewust op opportuniteiten in plaats van op problemen. Een kereltje van 10 jaar dat besluit zijn uitzichtloze situatie in Noord-Afrika te ontvluchten en zonder budget half Europa doorreist, zien we logischerwijze als een probleem. Helaas vergeten we al te vaak dat er om deze reis te overleven ook een aantal straffe kwaliteiten nodig zijn, zoals durf, ondernemerschap én inventiviteit, om er maar enkele te noemen. Deze jongeren aanspreken op hun potentieel zorgt voor meer verbinding en een solide basis voor empowerment.

Daarom ondersteunen wij met MobileSchool.org organisaties om deze positieve benadering gericht op verbinding, empathie en empowerment in de praktijk toe te passen. We leiden lokale professionals op en bieden hen materialen, werkvormen en coaching aan. Van Guatemala-Stad, tot in Nairobi, van Düsseldorf tot wie weet ooit in Brussel… Onze mobiele scholen zijn een ontmoetingsplek voor jongeren om hun eigen toekomst in handen te nemen, en de digitale StreetSmart producten dragen bij om het persoonlijk groeiproces van deze jongeren te monitoren en te ondersteunen.

Zoals eerder gezegd is dit een complex, lang en tijdrovend proces, en uiteraard zijn coördinatie tussen verschillende actoren over de grenzen heen en specifieke aandacht voor elk uniek verhaal evenzeer een deel van de oplossing. Het is één van de redenen waarom we deze filosofie over straathoekwerk actief verspreiden, om ervoor te zorgen dat deze jongeren - waar ze ook komen op hun migratietocht - een vertrouwenspersoon kunnen vinden die authentiek en oordeelloos met hen aan de slag gaat en oog heeft voor hun potentieel.

Wereldwijd zwerven er naar schatting 150 miljoen straatkinderen door onze steden. Een enorme poule van onontgonnen potentieel die een positieve rol kunnen opnemen binnen onze samenleving. De fundamentele vraag is of we dit potentieel willen zien en bereid zijn om ons eigen perspectief uit te dagen. Zien we hen louter als een probleem of als een kans? Aan u de keuze ...